maandag 20 december 2010

zeecontainer

Ik woon in een zeecontainer. Dat heeft hij niet zo getroffen; hij had zijn leven kunnen doorbrengen gevuld met garnalen, Perzische tapijten, of appelboomhout. In plaats daarvan moet hij zijn levensdagen slijten tussen duizendnegenennegentig andere onfortuinlijke containers, op en naast elkaar gestapeld, en als paleisje dienen voor een arme student die toch graag een eigen badkamer wil. Dat het een zeecontainer betreft is passend, aangezien ik woon met uitzicht op het IJ. Ik denk dat de heimwee naar het leven dat mijn container nooit gehad heeft wordt verzacht door de ruwe wind vanaf het water, en de toeters van voorbijvarende schepen.

Mijn container is vanbinnen roze geverfd. Hij heeft precies de juiste grootte om op een vrachtwagen te passen. Het klinkt als de perfecte woonwagen. Met mijn ogen dicht, zittend tegen mijn roze muur, stel ik me voor dat ik met container en al op de oplegger van een behaarde, getatoeëerde vrachtwagenchauffeur word geladen, die naar Frankrijk rijdt en me vervolgens dropt in een weiland tussen glooiende heuvels, met lavendel en warme rollen gedroogd gras. Om me heen ruikt het naar zomer en door mijn ene raam schijnt de zon naar binnen.

Ik merk dat ik op een berg maillots zit. Ik had in een vlaag van ongeduldigheid de la ondersteboven gegooid omdat ik die ene niet kon vinden. Ze moeten worden opgeruimd, maar ik weiger mijn ogen open te doen en te vertrekken uit mijn zonovergoten lavendelveld. Het knopje van mijn laptop knippert door mijn oogleden heen, probeert me te lokken naar de wereld van enen en nullen, Facebook en essays schrijven, bloggen en huiswerk. Maar ik blijf zitten. Mijn container en ik zijn nog even op reis.

plaatje

2 opmerkingen: